Via “Algemeen – Algemene instellingen zeugen – tabblad Werpen/verleggen” kan men keuze maken uit de verschillende soorten verleggingen:


  • Registratie in groep/biggen -> zoogmoeder
    De registratie van de verleggingen gebeurt op een invullijst met alle zogende zeugen, waarop de positieve en negatieve verleggingen kunnen geregistreerd worden. Er is geen link tussen de ‘van-zeug‘ en de ‘naar-zeug’. Dit betekent dat via de computer de biggen bij het spenen onmogelijk kunnen teruggelegd worden naar de echte moeder, m.a.w. de biggen blijven bij de berekening van het productiegetal bij de zoogmoeder.

  • Registratie in detail/biggen -> zoogmoeder
    De registratie van de verleggingen gebeurt op een detailscherm, waarbij voor elke verlegging de ‘van-zeug’ en de ‘naar-zeug’ aangeduid wordt, met het aantal biggen dat werd verlegd. Bij het spenen blijven de biggen echter bij de zoogmoeder.

  • Registratie in detail/biggen -> echte moeder
    De registratie van de verleggingen gebeurt op een detailscherm, waarbij voor elke verlegging de ‘vanzeug’ en de ‘naar-zeug’ aangeduid wordt met het aantal biggen dat werd verlegd. Bij het spenen van de ‘naar-zeug’ worden de verlegde biggen teruggelegd naar de ‘van-zeug’, of m.a.w. het productiegetal van de ‘van-zeug’ zal berekend worden op het aantal gespeende biggen die bij haar zelf zijn gespeend + het aantal teruggelegde.

  • Enkel sterftes registreren/biggen -> zoogmoeder
    Bij dit systeem worden in tegenstelling met de voorgaande geen verleggingen geregistreerd; de sterftes daarentegen worden gedetailleerd opgevolgd. Bij het spenen wordt in functie van het speenaantal en de geregistreerde sterfte de verlegging berekend.
    Voorbeeld 1: Er werden 8 biggen geboren; er zijn er 2 gestorven. Bij het spenen werden 9 biggen geteld. Resultaat: er werden bij deze zeug 3 biggen bijgelegd.
    Voorbeeld 2: Er werden 12 biggen geboren; er is 1 sterfte genoteerd. Bij het spenen zijn er 8 biggen geteld. Resultaat: er werden 3 biggen weggenomen.